Ik heb lange tijd geworsteld met de vraag of ik mij kandidaat kon stellen als vrijwilliger bij ANBN omdat ik niet genezen was. Ik vroeg mij af of ik wel het recht had met lotgenoten te praten over hun ervaringen, hun “struggle”, als ik zelf nog zoekende was…
Doorheen de jaren ervaarde ik dat mijn leven zeker niet bestond uit kommer en kwel, in tegendeel.
Alles wat ik niet zou kunnen bereiken als ik niet ‘genas’, had ik ondertussen alsnog gerealiseerd:
- Een leuke job
- Een eigen huisje
- Een huwelijk
- En het mooiste geschenk voor mij: een kindje, een lieve en gezonde dochter!
Kortom, ik had mét de eetstoornis als mijn houvast, een manier gevonden om zelfstandig in het leven te staan en in alle vrijheid zélf keuzes te maken. Dit was voor mij een Aha-erlebnis: er is geen zwart-wit, geen alles of niets, geen ziek of gezond. Je kan gelukkig zijn én dus functioneren mét een psychische kwetsbaarheid.
Ik volgde een cursus tot ‘ervaringsdeskundige’ en daar gingen mijn ogen helemaal open! Ik was niet alleen die dit gevoel had! Daar hoorde ik voor het eerst de term ‘herstel‘. Dit woord heeft mij zoveel vertrouwen en rust gegeven! Ik voelde niet meer de druk te moeten ‘genezen’. Dat woord stond symbool voor de wanhoop dat een leven met een eetstoornis niet mogelijk was.
Ik voelde mij gesterkt door de vele lotgenoten die zoveel kracht en wijsheid uitstraalden en deelden. Voor iedereen was herstel anders, maar het vertoonde wel steeds een evolutie. Het ging ook voor iedereen met ups en downs. Waarbij de ‘downs’ mogelijkheden werden om verder te evolueren en tot nieuwe inzichten te komen en de ‘ups’ motivatie en hoop gaven .
Herstel is voor mij een bondgenoot op mijn levensweg. Het leidt mij naar inzicht, opent deuren in mezelf, stelt me voor uitdagingen.
Herstel stelt mij vrij van de druk te moeten genezen en weer perfect te moeten zijn.
Herstel geeft mij de mogelijkheid mezelf te kunnen aanvaarden zoals ik nu ben! Alles is oké als het goed aanvoelt voor mezelf en ik in vrijheid keuzes kan maken.
Herstel geeft de eetstoornis een plaats in mijn leven, zonder dat de eetstoornis overheerst. Ik ervaar de rust en houvast die zij mij geeft, maar niet meer de beperkingen. Ik kan eens een reisje maken, ik kan eens uit gaan met vrienden, ik kan een wandeling maken, …
Kortom, ik hoef haar niet helemaal los te laten en dat geeft me rust!