Hallo,

Ik ben Caroline en ben momenteel 25 jaar oud. Ik schrijf je deze brief om je te vertellen dat er een leven is na je eetstoornis en dat dat leven bovendien helemaal de moeite waard is. Had iemand mij dit enkele jaren geleden gezegd, dan had ik er hoe dan ook misschien weinig waarde aan gehecht, of gedacht: dat geldt misschien voor jou, maar zeker niet voor mij. En net om die reden, hoop ik dat je deze brief toch uitleest.

Als gevolg van enkele ingrijpende levensgebeurtenissen en de onmogelijkheid voor mij om hiermee om te gaan, ontwikkelde ik op m’n 13 jaar een eetstoornis. Omdat ik geen controle kon krijgen op de dingen die rondom me heen gebeurden, besloot ik zelf de controle in handen te nemen en geraakte ik steeds meer gevangen in de greep van mijn eetstoornis. Er volgden 8 jaren waarin ik met veel vallen en opstaan de strijd aanging. Op sommige momenten heel erg gemotiveerd, maar het grootste deel van de tijd waren mijn gevoelens tegenover genezing erg dubbel. “Ik wil wel genezen, maar niet aankomen”, “Ik wil wel genezen, maar ik wil wel de controle bewaren”,… .

Opnames in het ziekenhuis en eetstoorniskliniek volgden, maar ik slaagde er niet in mijn leven weer op de rails te krijgen. Ik koesterde echter grote dromen, die maakten dat ik het gevecht steeds opnieuw bleef aangaan. Hoop was datgene dat me dreef. Hoop om m’n dromen waar te maken en vooral ooit eetstoornisvrij te zijn.

Wat heeft me dan geholpen? Hoe genezen? Zaken die me geholpen hebben in de weg naar genezing waren onder meer genoegen te nemen met kleine stapjes en me neer te leggen bij het feit dat de weg naar genezing niet zo eenvoudig is als het simpel omzetten van de knop van een lichtschakelaar. Ik probeerde net zekerheid te zoeken in het wél correct houden aan m’n eetlijst, in plaats van zekerheid te zoeken in het niet of zo weinig mogelijk eten. Ook stelde ik kleine bereikbare doelen die me moed gaven om voor een groter doel te gaan. Verder deed ik m’n best om alles uit de therapieën te halen wat er in zat en ging ik aan de slag met opdrachten die me hielpen om foutieve denkpatronen aan te pakken. Bovendien merkte ik dat hoe meer ik moeite deed om uit het isolement van mijn eigen opgebouwde eetstoorniswereldje te komen, de positieve contacten met anderen me ook nieuwe motivatie gaven om te blijven doorgaan.
Ik nam mezelf voor dat ik telkens één keer meer zou opstaan dan het aantal keren dat ik zou vallen. Langzaamaan begon ik, met behulp van mijn omgeving, de draad weer op te pakken.

Ik leerde onder meer mijn leven weer zelf te beheersen in plaats van dat de eetstoornis mij beheerste, ik kon weer een concrete toekomst opbouwen, slaagde er weer in sociale contacten te onderhouden én daar een goed gevoel bij te hebben, ik kreeg weer meer energie, moest geen leugens en geheimen meer met me meedragen en bovenal ging ik inzien dat het leven met een eetstoornis juist minder veilig was en erg beperkt, in tegenstelling tot wat ik een lange tijd had geloofd.
Mensen vonden ‘mij zonder eetstoornis’ veel leuker dan ‘mij met eetstoornis’ en eerlijk toegegeven, dat vond ik ook! Die tweestrijd in mijn hoofd tussen gezond verstand en eetstoornis is eindelijk verdwenen en ik sta nu letterlijk en figuurlijk steviger in mijn schoenen. Ik besef nu voor de volle 100% dat perfecte controle over eten en gewicht niet bestaat en dat deze al zeker niet nodig is om gelukkig te zijn. Maar het meest belangrijke voor mij is dat nu ik eetstoornisvrij ben mijn dromen weer werkelijkheid kunnen worden, wat voordien niet zo was.

Achteraf gezien denk ik persoonlijk ik dat je nooit 100% klaar bent om te veranderen en dat je niet hebt te wachten op de perfecte moment om te gaan vechten. Mocht die perfecte moment er wel zijn, dan is deze sowieso ‘vandaag’. Niemand heeft mij ooit verteld dat het een gemakkelijke strijd zou zijn, maar hij zou wel de moeite waard zijn, en dat kan ik nu alleen maar volmondig bevestigen.

Waarom ik deze brief schrijf? Omdat ik wil zeggen dat ik geen supermens ben en dat mijn verhaal net zo goed het jouwe kan zijn wanneer ook jij de strijd aangaat of verder strijd zoals je misschien al bezig bent. Misschien ben je net zo moe van het vechten als ik was, maar weet dat slechts één kans voldoende is om je leven weer in handen te nemen. Het genezingsproces is misschien één van de engste dingen die je ooit zult meemaken, maar eens je er vanaf bent, zal het ook één van de beste dingen zijn die je ooit zult meemaken. Dat kan ik enkel beamen.

Ik geloof in jou, nu jij nog!

Liefs,
Caroline.